Copy that Apollo

 

Ik zit op het noordbalkon van het Concertgebouw en luister naar een pianosonate van Mozart. Naast me zit Barbara, mijn zusje. Mozart is mooi maar na een poosje word ik ongedurig en begin om me heen te kijken. Op de eerste rij van het hoofdbalkon, vlak bij ons, zitten drie wat Italiaans uitziende mannen. Tussen hen in een jonge vrouw die ik niet goed kan zien omdat ze half verstopt zit achter haar buurman. Ik laat mijn blik verstrooid langs hen dwalen. Opeens buigt de jonge vrouw naar voren.

Wat? Wie is dat?

Dit kan niet! Ik moet me dit verbeelden!

Mijn hart bonkt in mijn keel en ik wrijf met mijn hand over mijn gezicht om me te dwingen goed te kijken. Is dat Tessa? Haar ovale gezicht en halflang bruin haar? Haar prachtige amandelvormige ogen? Haar stevige jukbeenderen en volle mond? Ik kan haar gezicht dromen. Zij is precies die prachtige vrouw uit de DeLL commercial waarvan ze me gezegd heeft dat ze er op lijkt. Die foto staat op mijn scherm als we samen praten. En nu zit ze daar! Ik ben te verbijsterd om helder te kunnen denken. De sonate eindigt en het publiek staat op voor het applaus. Zij staat ook op. Ze is lang, slank en beweegt soepel. Dit moet Tessa zijn dat kan haast niet anders. Ze draagt een mooi zwart mantelpakje met een prachtige blauwe zijden blouse. Ik weet welke lingerie ze eronder draagt: een setje van Marlies Dekkers. Ik neem haar op van top tot teen, zuig mijn ogen aan haar vast, aan haar gezicht, aan haar prachtige lijf.


We kennen elkaar nu twee maanden. Ik heb haar ontmoet op een site waar twee verhalen van mij gepubliceerd zijn, erotische verhalen. Ene Tessa nodigt me daar uit om met haar te praten. Het is wel een leuk gesprek en het maakt me nieuwsgierig. Ik stel voor verder te praten op MSN. Maar dat gesprek loopt helemaal verkeerd. Binnen tien minuten hebben we ruzie. Ik vind haar zelf ingenomen en een ongeremde allemansvriend. Ik zeg haar dat met ongeveer die woorden. Zij vindt mij een ingehouden controlfreak die zich niet durft te laten zien. Dat zegt ze letterlijk. Ik plof zowat van woede: wat denkt dat wijf wel!

“Ik ben niet gekomen om ruzie te maken”, probeer ik nog beleefd.

“Die ruzie is al vijf minuten bezig slimbo”, zegt ze venijnig “of praat jij altijd zo?"

Ik wil “val dood” zeggen en de verbinding verbreken. Maar iets weerhoudt me en ik hou mijn mond. Een minuut lang is er doodse stilte van twee kanten. Dan zegt Tessa:

“je bent stil."

“Ik weet niet wat ik moet zeggen.”

“Ik ook niet.”

“Luister Merel”, zegt Tessa dan “we zijn alle twee boos en moe”. Laten we het gesprek morgen voortzetten en nu gaan slapen: deal?”

“Deal”, zeg ik.

De deur die we in elkaars gezicht wilden dichtgooien blijft op een kier staan.


Het gesprek van de volgende dag loopt anders. Alsof de lucht is opgeklaard na een onweer. We vertellen elkaar voorzichtig wat dingen over ons werk en waar we wonen. Het is het eerste gesprek in een wonderlijke reeks van steeds leukere en intensere ontmoetingen. Tessa produceert TV programma’s, ik ben organisatie adviseur. We moeten alle twee hard werken en zijn veel op reis. Tessa naar Parijs en Milaan ik naar Brussel en Rabat. We blijken beiden vaak in het Mediapark in Hilversum te komen vandaar dat we geen foto’s durven uit te wisselen. Zij woont in Utrecht en ik in Amsterdam. Zij in een mooi appartement en ik in een authentiek bovenhuisje. We vertellen elkaar hoe onze huizen zijn ingericht. We praten over kleren en wat ons wel en niet mooi staat. We zijn beiden sportief en als er ijs ligt praten we over schaatstochten op de Gouwzee.

Ik vertel over Maarten waarmee ik na een breuk van twee jaar weer een relatie aan het opbouwen ben. Zij vertelt me over haar liefde Claire waarmee het soms heel goed en soms lastig gaat. Ik praat over mijn onzekerheden en zelfs over mijn verlatingsangst waarmee ik af en toe worstel. Tessa vertelt me over haar chaotische kant en vertelt me ontroerende verhalen over het afscheid van haar moeder. Elke dag praten we. Soms tien minuten, soms urenlang en elk gesprek eindigt met: tot morgen!

Op een ochtend sta ik voor de spiegel. De vorige avond heb ik voor het eerst ik iets verteld over mijn bi-schierigheid. Tessa heeft vooral geluisterd. Het voelt alsof ik een nieuwe ruimte ben binnengegaan waarvan ik wist dat die er was maar de deur nooit heb durven openen. Ik kijk naar mijn blije gezicht in de spiegel en realiseer me opeens: ik ben verliefd: op Tessa! Maar dat kan natuurlijk helemaal niet! Ik weet dat bij communicatie tussen mensen nabijheid, lichaamstaal en gezichtsuitdrukking veel belangrijker zijn dan de woorden die gezegd worden. Hoe kan ik verliefd zijn op iemand waarmee ik alleen maar woorden uitwissel? Toch is het zo: ik ben verliefd en tot over mijn oren!

Als ik het aan Tessa vertel zegt ze:

“Merel ik ben het al een week.”



Deze bekentenis over en weer geeft onze relatie een nieuwe kleur. We beschrijven ons aan elkaar van kruin tot teen. We vertellen in detail wat we wel en niet mooi vinden aan onze lijven. Wat ons wel en niet gelukkig maakt. Onze gesprekken zijn als klimrozen die door elkaar heen groeien en bloeien. Twee dagen later vrijen we voor het eerst. Het is op een zonnige zondagochtend. Ik zit in hemdje en slaapbroekje met blote benen achter mijn laptop. Tessa heeft net gedoucht. We vertellen elkaar hoe we erbij zitten. Wat we met elkaar zouden willen doen. Waar en hoe we gestreeld willen worden. Hoe we zouden zoenen en elkaars lijven met handen en mond zouden verkennen. Het is zo opwindend dat ik nauwelijks stil kan zitten. Ik vertel mijn lief hoe ik met mezelf vrij terwijl ik met haar praat. Zij beschrijft hoe ze haar borsten streelt en zich langzaam maar ook heel uitdagend vingert. We bereiken een gezamenlijk hoogtepunt. Zijn daarna dicht bij elkaar en rusten uit.

Net als alle verliefde mensen maken we ons eigen taaltje. Bij ons komt die uit de film ‘Apollo 13’ de maanvlucht. We kicken op de uitdrukkingen. ‘Houston do you read me’: lief ben je on-line.

‘Copy that Apollo’: doe ik ook, voel ik net zo. En net als alle verliefde mensen hebben we ook strijd. Bij ons gaat die over waarover we zullen praten. Want we hebben beiden zoveel te vertellen en we zijn daarover vaak veel té enthousiast. Maar we zijn niet bang voor die gevechten. We komen er dichter door bij elkaar. “You can’t love if you can’t fight”, zegt Tessa vaak.



Door het applaus voor de pauze kom ik terug in het hier en nu. Gespannen volg ik waar Tessa’s gezelschap heen gaat. Ze lopen naar de Champagnebar.

“Barbara ik wil je trakteren op een glas champagne”, zeg ik struikelend over mijn eigen woorden. Zij kijkt me onderzoekend aan:

“Champagne? Okay zusje, als jij betaalt, lijkt me heerlijk.”

We toasten maar mijn ogen trekken direct weer naar Tessa, nog geen tien meter van me af. Ze heeft me nog steeds niet gezien. Ik vind haar zo mooi, zo elegant. Midden in de ruimte staat een grote tafel met schalen bonbons. Ze loopt erheen en als in trance doe ik hetzelfde. We staan tegenover elkaar nu. Alleen de tafel tussen ons in. Maar ze kijkt niet naar me. Ze kiest zorgvuldig een bonbon, ik kies dezelfde. Ze proeft heel geconcentreerd, ik doe hetzelfde. Dan, plotseling, kijkt ze recht in mijn gezicht! Ik sta verstijfd met mijn mond vol chocola. Ze trekt haar wenkbrauwen even vragend op. Als een aapje in de dierentuin trek ik hetzelfde gezicht terug. Copy that Apollo, schiet door mij heen. Maar ik zie dat Tessa in verwarring is. Ze houdt zich nu met beide handen aan de tafel vast alsof ze steun zoekt. Onze ogen zuigen zich aan elkaar. We tasten elke centimeter van elkaars gezicht af. Ze ademt diep in om iets te gaan zeggen. Dan snerpt de bel voor het einde van de pauze en wordt de betovering verbroken. Barbara pakt me bij mijn arm en neemt me mee naar onze plaatsen.


Boven ga ik zitten in de stoel direct naast het hoofdbalkon. Tessa zit nu hooguit drie meter van me af. Maar de fluwelen balustrade staat als een ‘muur’ tussen ons in. Als de zaal opstaat om de pianist een applaus te geven, kijken we direct in elkaars ogen. Ze zegt mijn naam en ik kan haar lippen lezen: “Merel”, vraagt ze? Ik knik en fluister: “Tessa?” Zij knikt terug. We blozen alle twee. Dan gaat de zaal zitten en het wordt doodstil. Maar wij kennen elkaar zo goed dat we zonder geluid kunnen praten: we lezen elkaars lippen.

“Wat een wonder! Je bent zo mooi” maakt Tessa.

“Jíj bent mooi!”, maak ik terug “en zo elegant”.

“Is dat Barbara naast je?”

“Ja en bij jou? Klanten?”

“Italianen”, maakt ze met een dikke grijns en dan blaast ze een kus en ik zuig hem op en blaas hem terug. We kunnen het niet geloven dat we elkaar gevonden hebben. We verdrinken in elkaars gezichten en zuigen elk detail van elkaar op.

“Oh, je ogen”, maak ik.

“Jouw haar is prachtig en wat heb je lieve sproetjes”.

“Je mond is mooi, zo sensueel”.

“Mooi mantelpakje, wat draag je eronder”, maakt Tessa met een stoute grijns.

“Donkerblauw setje, ken je heel goed”, grijns ik terug, “en jij Marlies Dekkers?”

“Voor jou”, en ze likt even langs haar lippen. Ze maakt de bovenste knoop van haar blouse los en streelt haar hals. Bijna onmerkbaar schuift ze haar hand onder de stof naar haar linkerborst. Ik hou mijn adem in maar niemand ziet iets.

“Copy that”, denk ik en schuif mijn hand ook onder mijn jasje. We blazen warme, opgewonden zoenen naar elkaar en fluisteren intieme woorden. Het is zo opwindend elkaar te teasen, onmerkbaar voor iedereen. Er hangt spanning in de zaal door de muziek van Bach. Maar niets kan op tegen de 1000 volt tussen stoel 1 hoofdbalkon en stoel 101 noordbalkon.


Het eindapplaus duurt minuten. Als het publiek opstaat manoeuvreer ik me snel naar de deur waardoor Tessa naar buiten loopt. Ik duw twee deftige dames opzij want ik móet weten waar ze heen gaat. Vlak achter elkaar lopen we de balkondeur uit. Zacht fluistert ze:

“waar ga je heen?”

“Bodega Keijzer naast het Concertgebouw”.

Dat is de plek waar Barbara en ik altijd heen gaan na een concert. Ik heb er een jaar achter de bar gestaan toen ik studeerde. In de garderobe verliezen we elkaar uit het oog en als wij Keijzertje binnenkomen is Tessa er nog niet. We gaan zitten aan het laatste vrije tafeltje. Ik ben helemaal gefixeerd op de deur waardoor zij zo binnen zal komen. Maar als onze wijn komt is ze er nog steeds niet en opeens slaat de angst toe. Ze kan niet, ze wil niet, ze durft niet! Ik krijg een misselijkmakend gevoel van afgesneden zijn. En dan! Oh groot geluk gaat de deur open en staat ze daar! Zoekend kijkt ze rond en haar gezicht gaat open in een lach als ze mij ziet. Ik lach terug en mijn hart zingt. Omdat er geen plaats meer is gaat Tessa met ‘haar Italianen’ aan de bar staan.



Met Barbara tegenover me moet ik voorzichtig zijn met ‘seinen’: af en toe een lachje, een korte knipoog. Maar na een half uur gaat Barbara naar huis en kan ik eindelijk naast Tessa aan de bar gaan staan. Zij is nog in gesprek met haar Italianen. Ik fluister heel zacht “liefje” en wrijf even over haar arm. Ze kijkt me indringend aan en knikt dan richting toilet. Ik loop achter haar aan en zie dat prachtige ranke lijf voor me in dat korte rokje. In het toilet, dat gelukkig leeg is, staan we even doodstil en vallen dan in elkaars armen. Strelen elkaars gezicht, kijken van heel dichtbij naar elkaars ogen, mond. Mijn handen gaan over haar lijf. Ik voel de welving van haar borsten, ik streel haar flanken, voel haar billen onder het korte rokje. Zij doet hetzelfde bij mij. Dan duwt ze me tegen de deur en als leeuwinnen strengelen we ons in elkaar. Maar ik wil niet hier op het toilet, ik wil rust en tijd. Dan herinner ik me de achterzaal waar in de winter de loungekussens altijd zijn opgeslagen.

“Kom mee ik weet iets beters”, fluister ik gejaagd. “Moet je nog terug naar je Italianen?”

“Nee, die nemen zo een taxi naar hun hotel”.

In de gang open ik de deur met 'privé' erop. Daarachter is de deur naar de achterzaal. Hand in hand als kinderen lopen we er binnen. De ruimte wordt verlicht door de volle maan die door de hoge ramen schijnt. Het ruikt er naar kurk en canvas en voorbije zomer. De haast en jachtigheid zijn nu verdwenen en heel voorzichtig omhelzen we elkaar. Onze ogen onderzoekend om te zien wat onze aanrakingen met de ander doen. We doen elkaars jasjes uit. We knopen elkaars blouses open zodat we blote huid kunnen voelen. Kleden elkaar langzaam uit tot BH en hipster. We strelen elkaar als vlinders: licht, lief, sensueel.

“Ik wil je zien” fluister ik zacht en Tessa draait heel langzaam om haar as. Ik zie haar grote volle borsten, haar strakke buik, de ronding van haar billen die onder haar hipster uitkomen, de mooie slanke rug en haar eindeloos lange benen. Zij bekijkt mij net zo.


Maar dat houden we niet lang vol. Plotseling duwt Tessa me achterover op een groot lounge kussen en duikt boven op me. Ik vecht terug en als ravottende honden buitelen we over het grote kussen. Het is hartstochtelijk en sensueel onze stoeiende lijven die langs elkaar wrijven en schuren. Op een bepaald moment lig ik onder met Tessa schrijlings op me. Dan kan ik me niet meer beheersen en til de cups van haar BH op. Haar volle borsten vallen in mijn handen en ik kneed ze eerst zacht, dan stevig. Ik rol de tepels tussen duim en wijsvinger en maak ze hard en gevoelig.

“Je speelt vals boefje”, kreunt Tessa opgewonden. Ze wrijft haar venusheuvel over mijn buik en ik voel dat ze vochtig is. Ze draait me opeens snel en behendig op mijn buik en gromt: “Hier jij, lekker dier van me!” Met haar rechterhand gespt ze mijn BH los en met haar linkerhand grist die onder me uit. Ze likt mijn nek terwijl ze met beide handen mijn borsten aan de zijkant kneedt. Haar tong gaat langs mijn ruggengraat naar beneden tot mijn staartbeen. In een zwiepende ruk trekt ze mijn hipster uit. Dan trekt ze mijn heupen omhoog zodat ik op mijn knieën voor haar kom te zitten en dwingt die uit elkaar met haar bovenbeen. Het voelt heel intiem maar ook heel vertrouwd zo met mijn kontje omhoog: nat en open. Met haar volle hand streelt ze nu mijn kut. Haar vingers gaan over mijn dikke lippen en haar middelvinger stimuleert mijn vragende clit. Ze komt in me, lief maar dwingend. Ze likt me overal zelfs mijn aarsje, mijn meest intieme plek. Golven van opwinding stormen door mijn lijf en ik moet me beheersen om niet te snel te gaan.


Maar ik wil haar ook beminnen. Ik draai me op mijn rug streel haar borsten en lik haar tepels. Ik blaas erover om ze nog harder te maken. Tessa trekt haar hipster uitdagend uit en schuift dan op haar knieën naar voren totdat ze vlakbij mijn gezicht is. Ik pak haar mooie billen vast en trek haar naar me toe. Haar kut is zo mooi, zo vrouwelijk. Ik lik haar en spreid haar lippen met mijn tong. Trek haar billen uit elkaar om haar nog verder te openen en vind haar dikke clit. Tessa kan haar onderlijf niet stilhouden en beweegt haar bekken als in een tango. Ik pas me aan dat lome ritme aan. Zo danst ze met mijn tong, op mijn tong: Argentina, Buenos Aires! Maar het gaat te snel voor haar. Haar bewegingen worden ongecontroleerd en ze valt uit het ritme.

“Stop lief, stop”, kreunt ze zacht. Ik blijf doodstil liggen en blaas heel zacht over haar buik. Om haar, om mezelf even af te koelen.


Dan komt Tessa naast me liggen onze verhitte, opgewonden lijven tegen elkaar. We lachen omdat het zo spannend is. Ze geeft me een diepe zoen en onze tongen dansen de tango verder. Haar bruine haar hangt als een huif over mijn gezicht, haar warme lijf ligt half op me. Maar ik wil haar lijf verkennen en ik wil verkend worden. Met mijn linkerhand neem ik haar rechterhand en zo in elkaar gehaakt begint de tocht. We strelen haar borsten eerst zacht en teder dan stevig. Dan gaan we naar haar buik en dijen. Het is zo heerlijk om hand in hand haar lijf te strelen en te koesteren. Langzaam gaan we naar haar venusheuvel die glad geschoren is. We strelen haar volle kutlippen, maken haar open. Ik stimuleer haar clit en we gaan in en uit haar. Mijn middelvinger vindt haar soepele ster die ik zacht streel.

“Niet doen lief, niet doen, ik ga te hard anders en ik wil bij je blijven”, hijgt ze in mijn oor.


Dan verkennen we mijn lijf: mijn borsten, mijn buik en kruis. We kunnen niet meer stil liggen en Tessa schuift op me, haar buik tegen de mijne, onze borsten tegen elkaar. Ze spreidt haar en mijn benen zodat we als scharen in elkaar passen: haar natte kut tegen de mijne. De tango gaat nu woest verder. We wervelen en schuiven langs elkaar en zwepen elkaar op. Ik wordt zo meegesleept dat ik niet meer weet waar mijn eigen lijf eindigt en waar dat van Tessa begint. We hijgen in elkaars gezicht in diepe opwinding. Dan worden we beiden opgenomen door een enorme brandingsgolf die ons hoog optilt en rond en rond buitelt in schuimende wolken van bellen. We klampen ons aan elkaar vast om niet te verdrinken maar vooral om te voelen dat we leven, dat we samen zijn. Voor mijn gevoel duurt het minuten lang! Dan legt de golf ons heel zachtjes neer op de vloedlijn en trekt zich terug. We moeten alle twee huilen omdat het zo overweldigend was. Ik wil dat dit moment van stilte, van zo dicht bij elkaar zijn, zo verstrengeld zijn, niet voorbij gaat. Ik wil niet denken aan straks en morgen en ik smeek de tijd om stil te staan. En de tijd staat even stil voor ons terwijl de wereld om ons heen tolt.


Na een kwartier, of is het een half uur, begint Tessa zacht te praten.

“Lief als we hier mee doorgaan gaan we twee harten breken dat van Maarten en dat van Claire.” Ik weet dat ze gelijk heeft, deze liefde is zo heftig dat ik ook niet zeker ben dat onze bestaande relaties dat aan kunnen. Maar als ik er aan denk dat we elkaar nooit meer zullen zien valt de bodem uit mijn hart. De dichtregels van Vasalis komen pijnlijk boven: ’en niet het snijden doet zo pijn maar het afgesneden zijn’. Zacht fluister ik in haar oor:

“als we elkaar nooit meer zien gaan we ook twee harten breken: dat van Tessa en van Merel.” Ze is even stil en zegt dan precies wat ik op dat moment denk:

“Als we elkaar dan eens heel af en toe zien. Dan houden we die vier harten misschien wel heel. Ik wil je Parijs zo graag laten zien.”

“En ik jou Brussel en Schiermonnikoog.”


De klok van het Concertgebouw slaat half één. We moeten gaan want Keijzertje gaat over een uur dicht. We helpen elkaar met aankleden. We geven elkaar één van onze zilveren armbanden. Het is heerlijk iets van haar te dragen. We ruilen ook een kleine foto met telefoonnummer erop.

“Alleen voor noodgevallen boefje”, zegt Tessa.

In het café heeft gelukkig niemand ons gemist. Tessa gaat als eerste naar buiten en zwaait nog even naar me door het raam. Als ik op straat kom zie ik haar nog lopen.

“Love you”, roep ik zo hard ik kan.

“Copy that Apollo”, roept ze terug en verdwijnt om de hoek.

Maak jouw eigen website met JouwWeb